Dag 12 Tallinn - Suure-Rootsi (eiland Saaremaa)

We gaan Tallinn verlaten. Dat is op zich al een reden om een beetje verdrietig zijn. Daarbij hebben we gisteravond het weerbericht voor de komende week bekeken. Dat ziet er nat en koud uit. Hollands weer. En ondanks dat we 30 kilo bagage (dit is zonder die 15 liter water vanuit Warschau!!!) bij ons hebben, zitten we niet echt ruim in de lange mouwen.
Zo spannend als we Tallinn twee dagen geleden inreden, zo saai is het nu. Het is 8.00 uur en het is stil op straat. We halen de auto op van het parkeerterrein en rijden ‘m voor om de bagage in te laden. Het gaat wat gemakkelijker dan op de heenreis. Heel fijn, maar tegelijkertijd ook een stuk minder hilarisch.
De reis naar het eiland Saaremaa verloopt vlekkeloos. Het is een dag waarin we geen gekke dingen meemaken. We weten de pont te vinden. Deze vaart op tijd. We komen veilig op het eiland aan. Eigenlijk doodsaai. Saaremaa is het grootste eiland van Estland. We verwachten een klein eiland met een paar dorpjes en winkeltjes, mensen volledig afgezonderd van de bewoonde wereld. Maar zodra we richting Kuressaare (de hoofdstad van het eiland) rijden, opent zich een wereld vol autodealers, supermarkten en bouwmarkten. Gelukkig treffen we dit alleen in Kuressaare aan. De rest van het eiland is groen, rustig en zo goed als onbewoond. Voor Haagse begrippen. Voordat we richting onze boerenschuur gaan, doen we een rondje eiland. We bezoeken de Karjakerk, de kleinste kerk op Saaremaa. Daarna bekijken we de Anglamolens. Deze vijf molens zijn de laatst overgebleven windmolens op het eiland. Halverwege de 19de eeuw waren er 800 windmolens in bedrijf op het eiland. Één van de molens is een lokale versie van, hoe kan het ook anders, een Nederlandse molen. Ook de Kaarmakerk moet eraan geloven. Wij zijn er geweest en laten onze namen achter in het gastenboek. Voor altijd vereeuwigd.
Het middagprogramma bestaat uit lunchen, een bezoek aan de bisschopsburcht van Kuressaare en boodschappen doen bij de plaatselijke Maxima XX. Met het wagentje volgeladen gaan we op zoek naar onze boerenschuur waar we de nacht doorbregen. Tomtom leidt ons in eerste instantie door een onontgonnen gebied met veel kiezels en hoog gras. Überhaupt knap dat Tom deze weg weet te vinden. Hier is onze Opel niet voor gemaakt. We keren om. De alternatieve route doet het uiteindelijk beter. Ongeschonden bereiken we de boerenschuur. Idylle. Rust. Groen. Vogels. Zee. En ook…. Bier. Bacardi. Cola. De kustlijn is prachtig. We rusten uit voordat we ons morgen onderdompelen in het bruisende stadsleven van Riga.

290 km
25 minuten op de veerboot
11 graden
660 ml liter bier
10 bacootjes